Eventjes wat fabeltjes uit de wereld helpen en zeggen hoe je nu werkelijk bent. Want je oogt wel heel lief en schattig maar je begint al eigen willetje te tonen. Zo wou je bepaalde potjes van Olvarit niet helemaal op eten. Je at ze wel maar een stuk minder dan andere potjes. Dus ben ik gaan opschrijven welke potjes je wel goed at en wat ze allemaal gemeen hadden was 1 bepaald ingredient: kip! Je lust dus geen rund of varken.
Sinds je kan kruipen speel je inderdaad heel erg lief en ben je lang zoet te houden. Maar je wilt toch wel dat mama of papa of iemand anders vertrouwd met je mee speelt. Dat hoeft echt niet actief te wezen, gewoon toekijken hoe jij speelt is al goed genoeg. En als je dan weg kruipt mogen de toeschouwers ook gerust even wat anders doen maar ze moeten niet zomaar de kamer uitstappen. Uit het zicht mag dan nog wel net maar dan kroop je er vrolijk achter aan. Waar is mama nou?
Zula is trouwens ook een goede toeschouwers voor je. Zelfs beter want hij lijkt mee te spelen. Jij kruipt achter hem aan en hij komt dan zo nu en dan naar je toe om kopjes te geven. Als je met je speelgoed rattelt of op de grond timmert dan kijkt Zula heel bedenkelijk toe of springt op de kast van schrik. Babbels is zelfs nog beter, dan begin je luidkeels te gillen van enthousiasme wat Babbels dan de zenuwen geeft en vervolgens zo snel mogelijk uit de kamer wilt verdwijnen.
Slapen vind je een beetje zonde van je tijd lijkt wel. Want je begint steeds meer te vechten tegen de slaap. Als ik je dan in je bedje stopt is het absoluut huilen, maar uiteindelijk na veel oog gewrijf, omdraaien, woelen en huilen val je dan toch in slaap. Tuurlijk komt mama je regelmatig even troosten en je speen weer helpen terug vinden voordat je daadwerkelijk lekker slaapt.
Sinds vandaag begin je ook te ontdekken dat je je aan voorwerpen kan optrekken. Vooral mama is een handig 'voorwerp.' Je pakt mijn broek stevig vast en gaat dan op je knietjes zitten en probeert vervolgens met je andere hand nog een houvast te vinden, ik geef je dan maar mijn hand en vooruit, ook nog mijn andere hand voor het handje wat mijn broek vasthad want ik ben toch bang dat je anders valt. En hup daar sta je rechtop. Breed uit lachen; weer wat nieuws geleerd.
Je hebt weinig geduld met je speelgoed. Werden er gisteren vier mooie kubbussen gebracht van stof die rattelen en knipseren en met vakjes en dingetjes en een mooie houten bloem, je kijkt er een paar seconden naar en kruipt dan toch naar dat blaadje wat op de grond ligt. Papa kwam bij toeval ook nog thuis met zes plastic kubbussen en een bijtring, waar je dan wat langer aandacht voor had door er lekker op te sabbelen. Maar goed, speelgoed geef je nog weinig om je wilt liever ontdekken waarmee mama nou aan het typen, lezen of (en wat aan het) eten is.
Wel weer grappig is dat je sinds een paar weken al doorhebt waarmee mama je speelkleed aan zet (muziekje met lichtgevende bloemetjes). Dan zit je met je worstenvingertjes aan het knopje te pulken en soms bij toeval gaat hij dan aan. Je lacht dan nog niet eens, kijkt niet eens verbaasd maar kijkt er even naar en gaat dan weer met wat anders spelen. Je weet nu ook sinds twee weken ofzo waar de piepvogel zit op het kleed. Dan sla je enthousiast met je handje op het rode vogeltje en piept het.